Wat is deelmobiliteit (deel 1): Vier basisvoorwaarden; de VLAG

1. Hoe werkt deelmobiliteit op een locatie?

Om deelmobiliteit succesvol te starten, draait alles om de locatie. We leggen je in dit artikel, met audiofiles, uit wat nodig is om op jullie locatie straks de “vlag” uit te kunnen hangen.

• Eerste noodzakelijke element is de V van voertuigen. Deelvoertuigen zijn voertuigen die door meerdere deelnemers kunnen worden gebruikt en waarvoor je per rit betaalt. Het kunnen fietsen, scooters of auto’s zijn. 
• Tweede noodzaak is de L van locatie. Ja huh.. logisch toch? Maar niet elke locatie is geschikt, bijv omdat er een vergunning of laadpaal nodig is.
• De derde bouwsteen voor deelmobiliteit is de de A van aanbieder: iemand moet de voertuigen aanbieden. Dat kunnen verschillende partijen zijn, zowel commercieel als een groep particuliere bewoners. Vaak kan je via een app reserveren, gebruiken en betalen. 
• De sleutel voor succes  is de G van gebruikers. Dat is eigenlijk iedereen met een rijbewijs: bewoners, bedrijven èn bezoekers . Als er te weinig gebruikers zijn zal de locatie voor aanbieders niet rendabel zijn en zal het voertuigaanbod niet groeien. 

De VLAG kan pas uit als aan alle vier de basisvoorwaarden voor deelmobiliteit is voldaan. 

2. Wat zijn deelvoertuigen?

Voor deelmobiliteit heb je deelvoertuigen nodig. Dat kunnen fietsen, auto’s, scooters maar ook bestelbusjes, leaseauto’s of bakfietsen zijn. 

Eigenlijk is elke 2 of 4 wieler deelbaar te maken door er een kastje of slim slot in te bouwen. Hierdoor is het voertuig te openen en sluiten  met een app, dus zonder gedoe met een sleutel. 

Deelvoertuigen zijn voertuigen die door meerdere deelnemers  kunnen worden gebruikt en waarvoor je per rit betaalt. Die inkomsten gaan naar de eigenaar van het voertuig. Dat kan jij als particulier zijn, maar ook je werkgever, een groep bedrijven of een coöperatie. Daarnaast zijn er commerciële aanbieders die fietsen of auto’s bezitten en exploiteren 

Je gebruikt dus een voertuig van een ander. Die aanbieder draagt alle vaste kosten zoals verzekering en onderhoud. Als gebruiker betaal je per rit. Dat is meestal een prijs per tijdseenheid, dus per minuut of per uur. En vaak een prijs per gereden kilometer. Het lijkt veel op huren maar is vooral anders door de apps en de locaties waar je deelvoertuigen aantreft. En huren gaat per dag, autodelen kan per minuut!

3. Wat zijn geschikte deellocaties?    

Een deelauto of deel fiets kan door meerdere personen worden gebruikt. Maar welke locaties zijn hiervoor geschikt? 

Er zijn grofweg 4 opties.

1. Deelvoertuigen kunnen dicht bij woningen staan. Hoe meer bewoners, hoe meer kans op gebruikers. Dus hoogbouw en dichte bebouwing zoals in steden bevordert de kans van slagen. 

2. Rond bedrijven en kantoren is deelmobiliteit ook aantrekkelijk. Zo kunnen meerdere werkgevers hun personeel vervoer aanbieden. En kan het eigen wagenpark van een bedrijf flexibel aangevuld worden. Bovendien kunnen de medewerkers de voertuigen ook prié gebruiken.

3. Een ideale mix is een locatie waar wonen en werken samen voorkomen. Bedrijven gebruiken de deelvoertuigen dan vooral tijdens kantooruren en bewoners in de avonden en weekenden. 

4. Een vierde kansrijke locatie is die waar veel bezoekers komen. Zoals NS-stations, bushaltes en transferia of P&R’s. Dus waar mensen uit- of overstappen, ook wel reishubs genoemd. Daar kan een deelvoertuig voor het laatste tripje naar je eindbestemming zorgen.

Op deze 4 soorten locaties verbeteren de reismogelijkheden van gebruikers door het aanbod van deelvervoer.             

4. Waarom werken aanbieders van deelmobiliteit met een app?

Om een deelvoertuig te kunnen gebruiken heb je vaak een applicatie nodig op je mobiele telefoon. Daar zijn meerdere goede redenen voor.

1. Een deelvoertuig staat ergens op een locatie en jij wilt hem gebruiken. Maar die fiets of auto staat op natuurlijk op slot. 
2. De app maakt het mogelijk het voertuig te openen zonder fysieke sleutel. Heel handig. 
3. De digitale verbinding tussen app en voertuig maakt registratie van je rit mogelijk. Bijvoorbeeld hoe lang je de auto gebruikte en hoeveel kilometer je reed. Daar rolt je dan ritprijs uit.
4. Voordat jij een voertuig mag gebruiken, wil de aanbieder een aantal noodzakelijke dingen van je weten. Of je een rijbewijs hebt voor  een auto of scooter bijvoorbeeld. En je koppelt je betaalrekening. Daarvoor maak je vooraf een account aan.

In die ene app worden dus veel functies gecombineerd. Misschien wel de  belangrijkste: via de app kan JIJ reserveren. En zien waar de voertuigen staan EN zelfs hoeveel kilometer je er nog mee kunt rijden.

De deelapp is daarom een noodzakelijke schakel tussen de aanbieder en jou als gebruiker. 

5. Kan iedereen een deelvoertuig gebruiken? 

Succes van deelmobiliteit ontstaat alleen als er voldoende gebruikers zijn. Daarvoor zijn er eerst voertuigen, een geschikte locatie en een aanbieder nodig. Maar kan iedereen de voertuigen dan gebruiken?  Ja, vaak wel. Als je maar betaalt! Om een deelvoertuig te gebruiken en te betalen heb je meestal een account en een app nodig. 

Deelvoertuigen zijn te gebruiken door de 3 B’s; Bewoners, Bedrijven en Bezoekers. 

Het mooie van vooral deelauto’s is dat zakelijk en prié eenvoudig te combineren zijn. Overdag een zakenrit die de baas betaalt en ‘s avonds privé gebruik op eigen kosten. Medewerkers of bewoners kunnen een deelauto op een bedrijfslocatie dus ook prié benutten. Dat maakt deelmobiliteit zo aantrekkelijk en flexibel.

Soms wil je juist NIET dat iedereen een voertuig kan gebruiken. 

De aanbieder kan in overleg dan gesloten gebruikersgroepen maken. Zodat alleen bewoners uit jouw wijk, gebouw of bedrijf de voertuigen kunnen gebruiken. Of reguleren dat deelauto’s op kantoortijden vooral voor de bedrijven beschikbaar zijn. 

De VLAG kan uit als alle vier de voorwaarden voldoende zijn ingevuld;

Passende Voertuigen, Aantrekkelijke locaties, een of meer aanbieders en vooral voldoende gebruikers.